Eten in Kroatië is gemiddeld genomen niet duur,de prijzen liggen lager dan in west-Europese landen zoals Nederland,België of Duitsland.
Volgens Numbeo (prijspeildatum oktober 2023),bedraagt een standaard maaltijd in een goedkoop restaurant in Zagreb gemiddeld ongeveer €8,terwijl hetzelfde type maaltijd in Amsterdam gemiddeld €17 kost,ruim tweemaal zoveel.
Typische prijzen voor populaire gerechten in Kroatische steden (prijzen oktober 2023):
- Zagreb: Pizza Margarita – gemiddeld €6-€7
- Split: Gegrilde verse vis (Dalmatische specialiteit) – gemiddeld €12-€16 (Tripadvisor)
- Dubrovnik: Typische toeristische maaltijd zoals pasta of risotto – gemiddeld €11-€15
Supermarktprijzen in kroatische steden liggen eveneens beduidend lager dan in West-Europees gemiddelde. Enkele voorbeelden uit Lidl Kroatië (gepubliceerde folder, oktober 2023):
- Brood (400-500 gram) – ongeveer €0,60 tot €1
- Lokale kaas per kilogram – gemiddeld €7-€9
- Bier (halve liter lokale merken zoals Karlovačko of Ožujsko) – gemiddeld €0,80 – €1,00 per fles in de supermarkt; vergelijkbaar met €2 in Nederland.
Specifieke toeristische bestemmingen zoals Dubrovnik, Rovinj of toeristische eilanden zoals Hvar hebben gemiddeld 20-40% hogere restaurantprijzen vergeleken met het binnenland en minder bekende plaatsen. Bijvoorbeeld kost een visgerecht in toeristisch Dubrovnik gemiddeld €15 tegenover ongeveer €10-€12 in minder drukke steden zoals Pula of Zadar.
Internationale fastfoodketens hebben vergelijkbare prijzen met andere Zuid- en Oost-Europese landen. Een McDonald’s Big Mac-menu in Zagreb kost rond de €5,80 (bron: McDonald’s Kroatië app oktober 2023), terwijl hetzelfde menu in Amsterdam gemiddeld €9 kost (McDonald’s Nederland website oktober 2023).
Volgens de jaarlijkse Eurostat-statistieken uit 2022 lag het algemene prijspeil voor voedingsmiddelen en niet-alcoholische dranken in Kroatië op ongeveer 93% van het EU-gemiddelde, wat betekent dat boodschappen ongeveer 7% goedkoper zijn dan het europese gemiddelde en aanzienlijk goedkoper dan in landen als Nederland (108%), België (111%) en Duitsland (103%).